Nieuwsbrief

Elke maand onze nieuwsbrief ontvangen?


paddenstoelen
Gemaakt door: Anouk
Inleiding
Ik hou mijn spreekbeurt over paddenstoelen omdat bij ons in de tuin soms paddenstoelen staan. En ik ga vaak naar het bos en dan zie ik ze en ik vind ze mooi. En wist er nog niet zo veel van.

Hoofdstuk 1: paddenstoelen

Paddenstoelen zijn een soort schimmel. Je hebt verschillende soorten schimmels denk maar eens aan het witte korstje op fruit of kaas als deze te lang hebben gelegen, dit zijn ook schimmels.
Paddenstoelen hebben geen wortels, stengels of bladeren zoals planten dat hebben. Paddenstoelen kunnen dus niet via hun blad zonlicht omzetten in voedsel. Paddenstoelen leven van bladeren en afgestorven takken.



Paddenstoelen worden meestal dood getrapt door mensen omdat ze niet gezien worden in het bos of in een groot weiland. Als je erop trapt krijg je hele vieze schoenen.

Maar sommige mensen gaan op zoek naar paddenstoelen en trekken ze uit de grond, vervolgens gooien ze de paddenstoelen weg, hier heb je dus niets aan.
Er zijn ook mensen die paddenstoelen plukken om ze te bewaren. Als je ze een tijdje wilt bewaren zul je ze in de koelkast moeten leggen en afdekken met een droge doek.

Hoofdstuk 2: soorten paddenstoelen.

Er zijn heel veel soorten paddenstoelen. In Nederland zijn meer dan 4000 soorten paddenstoelen. Als je naar het bos gaat zie je heel veel paddenstoelen. de bekendste paddenstoelen zijn: de vliegenzwam, het elfenbankje en de champignon.



De vliegenzwam is wel te herkennen aan de rode kleur en de witte stippen en aan de witte steel. De hoed wordt 5 tot 20 cm breed. De naam van de vliegenzwam komt omdat vliegen van de hoed eten of zuigen. De vliegenzwam is het hele jaar te zien, in het voorjaar is hij zeldzaam.

Het elfenbankje is tot 8cm breed leeft tegen een boom of een stam, de kleur is wit tot donkerbruin maar de rand aan de buitenkant is altijd wit. Het elvenbankje kun je in het hele jaar vinden.

De champignon is waarschijnlijk de allerbekendste paddenstoel en hebben jullie vast ook wel eens gegeten. Je kunt deze ook het hele jaar in de winkel kopen. De champignon wordt gekweekt in grote champignoncellen. Ze groeien in heel vochtige aarde en in het donker.



ik ga nu nog meer voorbeelden noemen: Eekhoorntjesbrood, Geelwitte russula, Gewone krulzoom, Parelstuifzwam, Berkenzwam, Gewone zwavelkop, Amethistzwam, Grote stinkzwam, Aardappelbovist, Reuzenbovist, Geweizwam, Kleverig koraalzwammetje, Grote parasolzwam, Weidechampignon, Gekweekte champignon, geschubde inktzwam, en kale inktzwam, Hanekam, Valse Hanekam.

Hoofdstuk 3: hoe ziet een paddenstoel eruit.

De draden van een paddenstoel, deze zitten onder de grond, dat heet zwamvlok. Dit kun je vergelijken met de wortels van een plant. Ze zijn heel lang en heel dun.

De bovenkant van de paddenstoel is vrij eenvoudig. De steel en de hoed van een paddenstoel noemen we het vruchtlichaam. Aan de onderzijde van de hoed zitten meestal plaatjes, door deze plaatjes worden sporen gemaakt. Sporen zijn kleine deeltjes die zeer licht zijn en gemakkelijk door de wind verspreid kunnen worden. De bovenkant van de hoed beschermt de sporen tegen de regen zodat ze niet verkleven want dan kunnen ze minder goed verspreid worden en komen er dus minder paddenstoelen.



Het opmerkelijkste van de paddenstoel is wel de snelheid waarmee deze groeit, zo kan een grote Parasolzwam in enkele uren wel 15 cm groeien en de grote Stinkzwam groeit in 12 uur ongeveer 30 cm.

Hoofdstuk 4: eetbaar of giftig

Sommige paddenstoelen zijn eetbaar, maar de meeste zijn smaakloos, of hebben een scherpe smaak en zijn vies. Sommige paddenstoelen zijn heel erg giftig. Je kunt er heel erg ziek van worden je moet dan overgeven en krijgt diarree. Sommige paddenstoelen zijn zelfs zo giftig dat je er dood aan kan gaan. In Nederland bestaan ongeveer 30 Nederlandse giftige soorten, waarvan 7 dodelijke. Het vreemde is dat dieren van die giftige paddenstoel helemaal niet ziek worden, terwijl een mens er dood aan kan gaan.

Sommige paddenstoelen worden gegeten als een soort drugs! Ze worden paddo’s genoemd. Het is heel gevaarlijk! Je gaat dan hallucineren! Hallucineren is dat je je heel anders gaat voelen het is heel erg gevaarlijk, omdat je van te voren nooit weet wat er gebeurt. Sommige mensen vinden het fijn maar het kan bijvoorbeeld gebeuren dat je denkt dat je kan vliegen en dan van een flat af springt.



Hoofdstuk 5: steeds minder paddenstoelen

Het gaat niet meer goed met de paddenstoelen.

Ongeveer 35 jaar geleden ontdekten natuurbeschermers dat er in bossen in Nederland steeds minder paddenstoelen groeiden. Ze dachten dat dit door het plukken van de paddenstoelen kwam. Ze hebben zelfs een keer posters opgehangen met de tekst: LAAT ONS STAAN.
Het gekke was dat de aantallen niet achteruit gingen in de landen waar mensen al heel lang die paddenstoelen plukken om te eten, zoals in polen. Er moest dus iets anders aan de hand zijn.
Ze ontdekten dat door de bodem en luchtvervuiling, verlaging van grondwater, het verdwijnen van natuurgebieden veel soorten heel zeldzaam zijn geworden.

De enige soort die toeneemt is de krulzoom. Waarschijnlijk is hij bestand tegen de vervuiling en neemt hij de plaats in van de soorten die verdwijnen. Vroeger dachten mensen dat de krulzoom eetbaar was, maar in werkelijkheid is hij toch echt giftig. Je kunt zonder gevaar wel eens krulzomen eten maar als je er te veel eet kan je er, na een aantal jaren, dood aan gaan.



Hoofdstuk 6: dieren bij paddenstoelen

Vogels maken vaak prikgaatjes in paddenstoelen. Het lijkt alsof vogels van de paddenstoelen willen eten maar dat is onjuist. Deze vogels zijn opzoek naar beestjes. In paddenstoelen leven namelijk heel veel insecten zoals, kevers, vliegen en muggen. Deze leven niet alleen op paddenstoelen maar vooral in paddenstoelen. Ook herten, egels en slakken eten paddenstoelen.

Een voorbeeld van dieren die in paddenstoelen leven zijn paddenstoelmuggen. Van bijna al deze soorten leven de larfjes, die witte lijven met donkere koppen hebben, in paddenstoelen. Omdat deze larfjes in paddenstoelen leven hebben ze geen pootjes nodig. Wel scheiden ze een kleverig slijm af om zich te kunnen verplaatsen. Deze larfjes eten vaak de paddenstoel of de zwamvlok zelf, maar ook soms andere diertjes die bij de paddenstoel leven.

De meeste paddenstoelmuggen zie je in het bos maar sommige ook bij champignonkwekerijen.

Afsluiting:

Het werken aan de spreekbeurt ging goed. ik ben er tegenaan gelopen dat ik soms niks wist en toen heb ik informatie gezocht op het internet en in de bieb. Ik ben ook nog naar het bos geweest om foto’s te maken. De hoofdstukken waarover ik wilde vertellen heb ik gelezen en in eigen zinnen opgeschreven. Ik heb goed kunnen werken en thuis heb ik er ook veel aan gedaan. Ik vond het leuk om te doen en meer te leren over paddenstoelen.

Bronvermelding:

Ik heb informatie van internet gebruikt en nog heel handige boeken
1: paddenstoelen in beeld
2: vliegenzwam, elfenbank en andere paddenstoelen
3: de paddenstoelenprofessor







Meer informatie over paddenstoelen: